Pestkoppen zijn vaak erg onzeker. Dat zie je ook terug in de geschiedenis. De Duitsers hebben vreselijke dingen gedaan omdat ze zichzelf erg onzeker voelden.
Tag: NSDAP
Afkorting van ‘Nationalsozialistische Deutsche Arbeiterpartei, Duitse politieke partij die een Duitse versie van het fascisme vertegenwoordigde. De NSDAP was voortgekomen uit de Deutsche Arbeiterpartei, die in 1919 door nationalisten te Munchen was opgericht. Van deze partij werd Hitler lid; hij kreeg er spoedig de macht in handen en herdoopte haar in 1921 tot NSDAP. In 1922 werd de SA opgericht, de ‘Sturmabteilung’, in feite knokploegen van in bruin hemd en uniform gestoken partijleden. In de putsch van november 1923 trachtten Hitler en de zijnen de Beierse regering omver te werpen, hetgeen mislukte: Hitler kreeg vestingstrafen de NSDAP werd verboden. Zijn straf uitzittend werkte Hitler aan zijn ‘Mein Kampf’, dat het nazi-geschrift bij uitstek zou worden. In 1925 richtte Hitler de NSDAP opnieuw op en in hetzelfde jaar werd uit de SA een lijfwacht van Hitler gevormd, de ‘Schutzstaffel’ (SS), die later een grote greep op partij en staat zou krijgen. In 1926 kreeg de NSDAP een jeugdbeweging, de ‘Hitlerjugend’ voor jongens en de ‘Bund Deutscher Madel’ voor meisjes. Tot 1929 behaalde de NSDAP bij de verkiezingen voor de Rijksdag doorgaans een tiental zetels, maar de economische crisis die in 1929 begon, deed velen, vooral uit de failliete middenstand, op de nazi-partij stemmen. In september 1930 kreeg de NSDAP 18,3% van de stemmen en 107 zetels, in juli 1932 37,4% (230 zetels) en iets minder bij de verkiezingen van november 1932: 33,1% en 196 zetels. In ieder geval was de NSDAP de grootste Duitse partij geworden, al had zij niet de meerderheid. Het was dan ook geheel volgens de regels van het politieke spel dat Hitler aan de macht kwam. Op 30 januari 1933 werd hij door rijkspresident Hindenburg tot rijkskanselier benoemd. De Rijksdag werd op 1 februari ontbonden en op 5 maart 1933 werden nieuwe verkiezingen gehouden, waarbij de SA de stemgerechtigden intimideerde en de NSDAP 43,9% van de stemmen (288 zetels) kreeg. Samen met het ultrarechtse ‘Kampffront Schwarz-Weiss-Rot’ had zij de meerderheid in de Rijskdag. Daarin werd reeds op 24 maart een wet aangenomen die de volksvertegenwoordiging uitschakelde en de weg effende voor de dictatuur van Hitler. De communistische en sociaal-democratische partij werden verboden, de NSDAP werd de ‘enige draagster van de poltieke wil van het Duitse volk’ genoemd. In de zogenaamde Rohm-putsch (30 juni 1934) vermoordde de SS 85 vooraanstaande figuren, onder wie veel nazi’s die een andere koers wilden varen dan Hitler voorstond. Door middel van gelijkschakeling doordrong de partij, die in Munchen bleef zetelen, gaandeweg heel het maatschappelijke leven. Men werd geacht lid te zijn van een of meer ‘aangesloten verenigingen en nationaalsocialistische beroeps- en standsorganisaties’, zoals het ‘Deutsche Arbeitsfront’, de ‘NS-Lehrerbund’ en de ‘NS-Deutscher Arztebund’. Bijzondere eer gold hun die een laag partijlidmaatschapsnummer (onder 100.000) hadden en dus al lang lid waren; de partij telde in 1930 400.000 leden en in 1932 1.000.000 De jaarlijkse in september gehouden rijkspartijdagen in Neurenberg waren massale manifestaties, waar belangrijke aankondigingen werden gedaan. De laatste rijkspartijdag vond in 1938 plaats. In de oorlog, vooral toen de krijgskansen ten nadele van Duitsland waren gekeerd, nam de invloed van de partij en haar organen, met name de SS, op de bevolking nog verder toe. Bij het ‘rijksdagbesluit’ van 26 april 1942 werden de laatste beperkingen van Hitlers bevoegdheden opgeheven. Na de Duitse capitulatie in 1945 werden de NSDAP en alle verwante organisaties door de geallieerde bezetters ontbonden.